Tu parles bien français pour une fille flamande

donderdag 16 november 2017

Vandaag had ik mijn tweede presentatie voor het vak 'feminisme'. Er zijn leukere dingen dan een presentatie. Één en ander vraagt toch wat voorbereiding. Er is niet alleen het inhoudelijke aspect. Je powerpoint moet er ook een beetje professioneel uitzien (daar kruipt dus ook werk in). Maar, nu ik er over nadenk, vind ik het al bij al niet zo heel erg. Elke presentatie telt mee voor 15%. Het eindresultaat van je eerste semester hangt daardoor af van meerdere onderdelen, waardoor je slaagkansen stijgen. Bij ons aan de VUB is je resultaat 1 op 1 afhankelijk van je kerstexamens. Omdat ik als lange stek en buitenlandse nogal opval in de les, beginnen proffen en assistenten me ook vaker te herkennen én me aan te spreken. Dat aanspreken is wel niet uit interesse, maar voor het eigen gemak. In het lessenpakket politieke aan KU staat er veel vergelijkende politiek op programma. Politieke systemen uit Europa worden vergeleken met die in Amerika en Azië. Leerkrachten weten van elke buitenlandse student het land van afkomst. Afhankelijk van het thema worden de buitenlandse studenten ingeschakeld in de les. Zo moest ik vandaag (na mij voorbereide presentatie) samen met mijn Duitse en Franse klasgenote (enige Europeanen in deze les) voor de aula duiding geven over de rechten (statuut, bescherming, erkenning) van migranten en vluchtelingen in Europa. Gelukkig bestaat er iets als internet….

Na de les moet ik nog om mijn Alien Registration Card (ARC). Je hebt deze nodig wanneer je langer dan 90 dagen in het land blijft. Het nut ervan ontgaat me wel, want voor vertrek heb ik in België een visum aangevraagd en gekregen voor Zuid-Korea. Ik betaalde in België al een smak geld voor het visum én moet hier ook nog eens betalen voor eenzelfde soort document. Geldklopperij. Toen ik mijn aanvraag moest indienen bij het Immigration Office stond ik op het verkeerde adres (zie mijn blog ‘Alien’ van 11 oktober). Gelukkig heb ik geen vissengeheugen en weet ik de weg feilloos terug te vinden. Op weg terug naar het guest-house kom ik Paul, een Franse kotgenoot tegen. Hij is op stap met zijn ouders (die hier op bezoek zijn). Ze wonen allen in Lille (Rijsel) en zijn vrij bekend in België. En ik ben vrij bekend in Frankrijk. Zonder dat we het beseffen, staan we in no time een kwartier te kletsen op straat. Omdat het behoorlijk koud is (lees: -3) stellen de ouders voor om een koffie te gaan drinken en verder te praten. Eeeeuh?? De ouders dringen aan. We zoeken een gezellig koffiebarretje in Insa-dong. Ik moet me enorm concentreren op het gesprek. Niet dat ze Ch’tis spreken, maar wel snél. Er worden complimenten gegeven over mijn Frans. Bloos bloos.

Vandaag is het de verjaardag van Anthony, mijn Waals-Brabantse vriend. Zijn vriendin is hier voor een week op bezoek. Ze komt ook uit Louvain-la-Neuve. Omdat Anthony dat gevraagd had, nam ze speciaal Côte d'Ôr mee van thuis. Net een engeltje dat op onze tong plaste. Ze zit bij ‘Les Scouts’, de Franstalige scouts. Kan niet anders dat klikken tussen ons. We hebben met een groepje buitenlandse studenten afgesproken om zijn verjaardag te vieren. Na het typische chicken and beer (Chimaeg) trekken we samen naar Itaewon. Lang zal hij leven. 





Reacties

Populaire posts van deze blog

Piet Huysentruyt

Pap

Astrid Josten 2.0